voor niemendal - wc-pot
- voor niemendal
- voor niets
- voor niets ter wereld
- voor nut van 't algemeen
- voor onderdoen
- voor op de knieen liggen
- voor opzitten en pootjes geven
- voor partij kiezen
- voor plaats maken
- voor rede vatbaar
- voor rekening
- voor spek en bonen
- voor spek en bonen meedoen
- voor spek en erbij zitten
- voor stoelen en banken preken
- voor stommetje spelen
- voor strooisuiker
- voor tafel
- voor terugschrikken
- voor tweeverdieners
- voor verantwoordelijk stellen
- voor vol aanzien
- voor voldaan tekenen
- voor vriend tellen
- voor waarheid uitgeven
- voor zaken reizen
- voor zijn beurt
- voor zijn fatsoen
- voor zijn gezondheid naar het zuiden gaan
- voor zijn rekening nemen
- voor zijn Sinterklaas geven
- voor zoete koek opeten
- voor zover
- voor zover mij bekend
- voor zover nodig
- voor \~ задаром, за так, задарма
- voor-
- Voor-Indie
- vooraan
- vooraanstaand